Eigenaar:
Vlaamse overheid
Agentschap Natuur en Bos
Koning Albert II-laan 20
1000 Brussel
Tel. 02 553 81 02
Fax 02 553 81 05
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Beheerder:
Natuurpunt Waasland
Conservator en contactpersoon: Deborah Dirven / GSM 0470 69 36 22 / Mail hier
Beheerder: Willy Verschueren
Telefoon: 03 665 42 77 / GSM: 0474 429511
Status:
Gewestplan: Natuurreservaat en Bufferzone (1979)
Beschermd Landschap (1980)
Europees Vogelrichtlijngebied (1988)
Erkend Natuurreservaat (1998)
VEN-gebied
Toegankelijkheid:
Blokkersdijk kent twee toegangen tot het reservaat.
De zuidwestelijke toegang ( parallel aan de E34) is toegankelijk als uitkijkpunt en om vogels te kijken. Het is niet mogelijk om hier rond de plas te wandelen omdat je anders recht door broed- en rustgebieden zou wandelen.
Aan de noordoostkant, de kant van de Scheldedijk, ligt ook een toegang tot Blokkersdijk. Deze toegang is van 2014 tot 2021 afgesloten geweest door dijkwerken van de Vlaamse Waterweg. Na afronding van de werken in 2021 was Blokkersdijk klaar om te heropenen.
In februari 2021 werd de noordoostelijke toegang van Blokkersdijk afgesloten omdat de aanleg van de tunnelmond van de Oosterweelverbinding van start gingen. Blokkersdijk kan pas heropenen als de Oosterweelwerken afgerond zijn (geschat op 2027). Uiteraard worden er regelmatig geleide wandelingen georganiseerd zodat iedereen toch van dit uniek stukje natuur kan genieten. De activiteiten worden aangekondigd op de website van Natuurpunt en op instagram ConservatorBlokkersdijk.
Fauna en flora:
Blokkersdijk is gesitueerd in de oorspronkelijke Borgerweertpolder en kan aanzien worden als een met kalkrijk scheldezand opgehoogd terrein met centraal een niet opgehoogd gedeelte.
In dit centraal gelegen deel ontstond op natuurlijke wijze een voedselrijke ondiepe, brakke waterplas, die door neerslag en kwelwater stilaan verzoette en nu omzoomd is met een brede rietkraag.
Sinds 1978 heeft het reservaat, wat biotopen betreft, dan ook een hele metamorfose ondergaan. De zandvlakten evolueerden naar open terreinen begroeid met struisriet.
Het jonge aangeplante en natuurlijke bos groeide uit tot een volwassen bos met veel dood hout en meer onderbegroeiing. De kalkrijke bodem zorgde op veel plaatsen voor een specifieke flora.
Het gebied dankt in de eerste plaats zijn faam aan zijn grote vogelrijkdom.
Deze is het gevolg van de grote diversiteit aan biotopen – van nat tot droog, van open tot dichtbebost – maar ook van de voedselrijkdom, de ligging aan de Schelde en het gevoerde natuurbeheer.
Het natuurbeheer bestaat o.a. uit het jaarlijks maaien en afvoeren van een rietperceel om de verlanding van de plas tegen te gaan.
Alhoewel de achteruitgang van de biodiversiteit ook hier toeslaat, worden er over de vier seizoenen, nog altijd tussen de 160 en 170 vogelsoorten waargenomen.
In sommige perioden kan op de plas het aantal watervogels oplopen tot een paar duizend exemplaren.
Vogelrijkdom:
Jaarlijks broeden er 46 tot 49 soorten. Tot 2008 broedde elk jaar de Bruine Kiekendief. Nu kan je deze roofvogel van de lente tot de herfst nog regelmatig zien jagen boven de rietkraag. Vanaf half april kan je genieten van de prachtige zang van de Nachtegaal.
In de rietkraag en aangrenzende ruigtes broeden ook o. a. Blauwborst, Sprinkhaanzanger, Rietzanger, Bosrietzanger, Kleine karekiet en Rietgors.
Het oude populierenbos aan de noordoostzijde is een paradijs voor spechten, met Grote bonte Specht en Groene Specht als vaste gasten, maar soms laten ook de Zwarte Specht en de Kleine Bonte Specht zich horen.
Wat water- en moerasvogels betreft zijn o. a. Dodaars, Fuut, Knobbelzwaan, Bergeend, Krakeend, Tafeleend, Kuifeend en Waterral vaste broedvogels.
Na het broedseizoen is het ook een belangrijk ruigebied voor watervogels. Grote aantallen Knobbelzwanen, Krakeenden, Wilde Eenden, Tafeleenden en Meerkoeten komen dan hun slagpennen ruien.
Ook tijdens de voor- en najaarstrek is het gebied van belang. Dan heb je kans om boven de plas of op de oever o. a. Groenpootruiter, Witgat, Oeverloper, Dwergmeeuw en Zwarte Stern te ontdekken.
Maar ook Tapuit, Paapje en Roodborsttapuit komen dan op bezoek op de meer open terreinen. Vooral tijdens de najaarstrek is de Lepelaar het paradepaardje. Dikwijls reeds vanaf juni, maar zeker in juli en augustus gebruiken tientallen exemplaren Blokkersdijk als tussenstop tijdens hun reis naar het zuiden.
Als vaste wintergasten verwelkomen we jaarlijks Smient, Pijlstaart, Tafeleend, Kuifeend, Brilduiker, Grote Zaagbek en in beperktere mate Kleine Zwaan en Nonnetje. Met veel geluk kan je dan zelfs de geheimzinnige Roerdomp aan de rand van de rietkraag bespieden.
Verder kan je er regelmatig Sperwer, Buizerd, Torenvalk en in de zomermaanden de Boomvalk zien jagen. In het late najaar en tijdens goede voedselomstandigheden foerageren soms grote aantallen Slobeenden op de plas.
Tijdens de zomermaanden kan je ook de sierlijke vlucht van de Visdief gadeslaan terwijl hij een visje meepikt.
Prehistorie: Sprokkels uit een ver verleden, lees hier meer